Zaterdagochtend was het prima weer. Zonnig, nog niet tè warm… Vanaf half 10 kwamen de eerste deelnemers al aan. Er waren twee dames, die op de bonnefooi gekomen waren om te kijken of ze misschien nog mee konden lopen. Aangezien er zich één persoon afgemeld had konden we ze blij maken! Nadat iedereen betaald had en een rondje algemene mededelingen/verzoeken onzerzijds, vertrokken we met 16 volwassen deelnemers richting de smeedijzeren poort bij het klooster. Die plek was natuurlijk uitermate geschikt om het korte, maar krachtige levensverhaal van Elisabeth van Thüringen te vertellen, aan de hand van de elementen in de poort.
Daarna liepen we het terrein van Zorgcentrum St. Elisabeth op en zijn we bij de fontein in de voortuin van het klooster gestopt. Met het 8-hoekige torentje en de gevel uit 1778 op de achtergrond hebben we de markante en roerige geschiedenis belicht van deze gebouwen en haar bewoners, door de eeuwen heen.
Vervolgens over de gracht aan de voorzijde van het gebouw naar links, richting de berceau. Hier hebben we wat leuke feiten en wetenswaardigheden gedeeld over het concept berceau, waarna we als adel onder de berceau door flaneerden, richting het bakhuisje.
Hier had Elbi gezorgd dat alles leuk uitgestald stond en vertelde ze vanuit haar rol als coördinator van het bakhuisje voor Staatsbosbeheer over de geschiedenis van de kloosterhoeve, het bakhuisje en hoe het vroeger (en nu nog steeds op gezette tijden!) gebruikt werd. Iedereen kon even binnen kijken en vragen stellen. Er was een mevrouw van 80 jaar in de groep, die nog wist dat haar oma op hun boerderij vroeger op vrijdag altijd het bakhuisje opstookte. Ze bakte dan brood en vlaaien. Met de restwamte na het bakproces werden appel- en perenplakjes gedroogd vertelde ze.
Tijdens het vervolg van onze wandeling vertelden we over bomenlanen, het nut ervan en de toepassing, door de eeuwen heen.
We vervolgden onze weg over een pad, geflankeerd met eikenbomen, dat al voorkwam op de Ferrariskaart uit 1775, in de richting van één van de weinige doorwaadbare plaatsen in de beken van het Leudal (in dit geval de speckerbrug over de Tungelroyse beek). Zó ver zijn we niet gekomen met onze route.
We hielden halt bij de voormalige karpervijvers van het klooster. Hier hebben we de geschiedenis van visconsumptie en hoe de visteelt zich ontwikkeld heeft behandeld. Óók tijdens de vleesloze dagen die de kerk voorschreef, zorgde dit ervoor dat er, met name bij de ‘gegoede burgerij’, tòch een maaltijd met dierlijke eiwitten op tafel kwam.
Daarna doorgelopen naar de ijstijdzandrug bij de bosvennen op het heideveld.
Hier hebben we het ontstaan van dit bijzondere gebied behandeld en verteld wat het landgebruik van de mens voor impact gehad heeft op de ontwikkeling van het landschap zoals we dat nu waarnemen. De heide was nog mooi paars…. een lust voor het oog!
Op de terugweg stonden we nog even stil bij het overgangsconcept van
bos-, mantel-, zoomvegetatie naar grasland en vertelden we over het belang van struwelen. Vervolgens kwam ‘akkerbouw door de eeuwen heen’ nog aan bod, waarna we via de berceau weer het terrein van Zorgcentrum St Elisabeth op kwamen.
We zijn aan de achterzijde van het klooster naar het pesthuisje gelopen om dat te bekijken en hebben het verhaal van de bomen op het terrein verteld, die geplant zijn ter gelegenheid van de 100ste verjaardagen van de zusters die sinds 1950 in het Klooster ‘Huize St. Elisabeth’ gewoond hebben.
Nog even stilgestaan bij de vier machtige platanen die al vanaf eind 18e eeuw de destijdse ingang van het klooster markeerden, waarna we stipt om 12:00u terug waren bij het bezoekerscentrum, waar iedereen naar binnen ging om de tentoonstelling over Elisabeth van Thüringen te gaan bekijken, als aanvulling op de informatie die wij met ze gedeeld hebben tijdens deze wandelexcursie.